Donkere stilte.

17 december 2024.

In deze donkere tijd voor Kerstmis trok ik vrijdag naar Sevilla om eens te gaan zien wat voor vlees ze daar in de kuip hebben. Oeps, dat klinkt precies een beetje oneerbiedig, correctie dus: om eens te gaan kijken of ze daar al een kind in de kribbe hadden gelegd. Dat is echt niet vanzelfsprekend hoor want in Tavira wachten ze daarmee tot de viering op kerstnacht, om dat te doen.

 

Ook voor gepensioneerden is eindejaarstijd een dure periode dus had ik een low budget tripje voorbereid. Een bus van Rede Expressos bracht me voor 15 € van Tavira naar Sevilla en voor 11 € weer terug. Voor die prijs kon ik zelf niet rijden, laat staan daar een dag parking betalen.

 

Met dank aan het uurverschil tussen Portugal en Spanje was het bijna twee uur ’s middags toen ik mijn bestemming bereikte. Nu is het mooie Sevilla geen onbekende voor me, dus stapte ik van het autobusstation recht naar een restaurantje waaraan ik samen met Annie goede herinneringen koester. Het weekend begint in Spanje blijkbaar al op vrijdagmiddag want de sfeer aan de drukbezette toog zat er al goed in. Ik ben een hopeloos geval wanneer ik uit een menukaart met tapas een keuze moet maken en voordat ik het goed en wel besefte kreeg ik een bijna veggie gerecht voorgeschoteld.

 

Ik weet dat ‘bijna’ hier nergens op slaat - je kunt bijvoorbeeld ook niet een beetje zwanger zijn - maar ik had ratatouille besteld en daar dreven twee gebakken eitjes in. Ja, dreven want de ratatouille zelf was zo goed als vloeibaar. Bovenop de kom lag een lepel. Omdat de ober het tafelbestek vliegensvlug meegenomen had zat er niets anders op dan mijn eitjes samen met de rest letterlijk naar binnen te lepelen. Het alternatief –  mes en vork terugvragen – zou gezien de drukte een koude maaltijd betekend hebben.

 

Al bij al was het toch best lekker want honger is de beste saus en ik was fier op mezelf dat ik zonder morsen alles opgesoupeerd kreeg. Ik ga in Rome een aanvraag doen voor een nieuwe kerkelijke feestdag op 6 december: Huberts Onbevlekte Kleren Ontvangenis.

 

Daarna kon mijn echte stadswandeling beginnen. Van dunkelflaute was geen sprake. Trouwens: kunnen ze een weerbeeld waarin het bewolkt en windstil is in het Nederlands niet gewoon ‘donkere stilte’ noemen? Onder een stralend zonnetje en bij een temperatuur van zowat 18 graden genoot ik op de Plaza de Espana van de omgeving en van een gratis Flamenco demonstratie.

 

Ik vervolgde mijn weg en kon de lokroep van een gezellig terras niet weerstaan. Ik trakteerde mezelf op een overheerlijke cappuccino en nam ruim de tijd om mijn ogen goed de kost te geven. De flanerende Spaanse schoonheden waren mooi. Enfin, sommige dan toch.

 

Het werd stilaan tijd om terug richting het centrum te slenteren. Vlakbij de kathedraal stonden de traditionele kerstspulverkopers stalletje aan stalletje hun jaaromzet in enkele weken tijd bijeen te harken. Onvoorstelbaar hoeveel en wat daar allemaal aan de man – en vrouw - gebracht wordt! Zouden ze in Spanje elk jaar samen met hun verdorde kerstboom ineens ook alle beeldjes en de stal weggooien? Of eten ze die op?

 

Een ander beeld dat me bijbleef was de ellenlange rij aan het kantoortje waar de loten van de fameuze kerstloterij verkocht werden. Spanjaarden behoren tot de grootste gokkers ter wereld en dromen zo te zien massaal van hangmatbeleggen. Belasting op domheid brengt enorm veel geld op voor de Spaanse staat. Ik kon geen bekende Belgische politicus spotten.

 

Toen floepte de kerstverlichting aan. Een kreet van bewondering ontsnapte simultaan uit duizenden monden. Ik genoot van de sfeer en schrok me een hoedje toen ik op de knagende vraag van mijn voeten eventjes naar mijn stappenteller keek. Mijn dagrecord van in Lissabon lag al aan diggelen! Tijd om even te rusten. Multitasker als ik ben at ik dan maar meteen nog een bescheiden hapje. Een rustig drankje achteraf in een of ander cafeetje zat er niet in. Wat een drukte overal! Het was lang geleden dat ik in een stad nog zoveel ambiance zag.

 

Maar dan besefte ik steeds meer dat ook op mij de jaren vat beginnen te krijgen. De bus terug vertrok pas tegen middernacht en ik bracht langer dan verhoopt door in de ongezellige buurt van het busstation. Nog meer wandelen was echter geen optie wegens te moe. Het was intussen ook flink afgekoeld en ik was blij dat ik ’s morgens een goede jas en sjaal aangetrokken had. Terug in Tavira stond de teller op bijna 26.000 stappen.